Jonge leeftijd en verklaren over je asielrelaas

Een jonge leeftijd kan van invloed zijn op het doen van een asielrelaas blijkt uit wetenschappelijk onderzoek. Er is vastgesteld dat het vermogen om een ‘levensverhaal’ te construeren pas laat in de adolescentie of tijdens de jong volwassenheid (begin 20) wordt bereikt. Tegelijk kunnen ervaringen zoals een aanzienlijk psychotrauma of een depressie een negatieve invloed hebben op het autobiografische geheugen (1) van een adolescent. Dit kan leiden tot minder specifieke herinneringen van de gebeurtenis.

Ter illustratie de volgende casus. De 16-jarige Oscar* groeit bij zijn moeder op in een land in West Afrika. Hij gaat niet naar school, zijn moeder geeft hem onderwijs. Zijn moeder is door haar familie verstoten toen ze Oscar als buitenechtelijk kind kreeg. Oscar en zijn moeder hebben het goed samen. Als bastaard wordt Oscar wel door kinderen in de buurt geplaagd en gepest, uitgescholden en vernederd. Hij voelt zich daardoor anders en minder waard dan anderen.

Wanneer Oscar 14 jaar is, wordt hij als hij buiten op straat loopt mishandeld door een aantal mannen. Hij wordt geslagen, met een mes gestoken in zijn benen en over straat gesleept. Hij wordt bedreigd met de dood; de mannen geven aan dat hij als bastaardkind geen recht heeft om te leven. Oscar is heel bang dat ze hem zullen vermoorden. Er komen mensen op het tumult af waardoor de mannen er vandoor gaan. Achteraf blijken de mannen de broers van de moeder van Oscar te zijn.

Oscar en zijn moeder vluchten hierop uit angst naar een vriend. Daar houden ze zich een aantal maanden schuil alvorens ze met hulp van deze vriend het land uit vluchten. Met hulp van mensensmokkelaars bereiken Oscar en zijn moeder uiteindelijk Marokko. Onderweg maakt Oscar veel nare dingen mee. Hij is er getuige van hoe mensensmokkelaars vluchtelingen mishandelen en doodschieten.

In Marokko worden ze op een nacht opgehaald en naar de zee gebracht. Oscar weet niet wat er gaat gebeuren of waar ze heen gaan. Er zijn heel veel mensen bij het water en Oscar en zijn moeder moeten in een boot stappen. Midden op zee gaat de boot kapot; iedereen schreeuwt en Oscar hoort zijn moeder zijn naam roepen. Alle mensen belanden in het water. Oscar wordt gered door een andere boot en naar Spanje gebracht. Zijn moeder verdrinkt. Oscar is in shock en voelt zich erg schuldig dat hij zijn moeder niet heeft kunnen redden. Uiteindelijk reist Oscar met hulp verder naar Nederland waar hij asiel aanvraagt.

Tijdens het iMMO-onderzoek valt op dat Oscar moeite heeft om te praten over de vele ingrijpende gebeurtenissen. Hij valt stil en wil het er liever helemaal niet over hebben. Hierbij geeft hij aan dat het praten over de nare gebeurtenissen herinneringen oproept die hij wil vermijden. Hij heeft veel last van terugkerende beelden en gedachten aan zijn moeder. In zijn dromen is ze er en als hij wakker wordt, is ze plotseling weer weg. Ook heeft hij veel last van terugkerende beelden van de mishandelingen en bedreigingen door de mannen. Het zien van de littekens op zijn benen herinnert hem hier aan.

Verspreid over het lichaam van Oscar worden tientallen littekens vastgesteld. Conform het Istanbul Protocol wordt het merendeel van deze littekens beoordeeld als typerend voor het gestelde geweld wat de aanleiding was voor de vlucht van Oscar. Er is tevens sprake van psychische klachten die gerelateerd kunnen worden aan het asielrelaas van Oscar. De vermijding, specifieke herbelevingen en triggers voor deze herbelevingen zijn eveneens typerend voor het gestelde asielrelaas van Oscar. Daarmee komt er uit het onderzoek van iMMO duidelijk steunbewijs naar voren voor zijn asielrelaas.

De IND werpt Oscar tegen dat hij onvoldoende gedetailleerd heeft verklaard. Uit het dossieronderzoek van iMMO komt naar voren dat Oscar al tijdens de gehoren bij de IND kampte met trauma en rouwverwerkingsklachten waarvoor hij psychische hulp kreeg. Ook leek Oscar moeite te hebben met het begrijpen van sommige vragen tijdens de gehoren. Het iMMO concludeert dat er bij het horen en beslissen rekening gehouden moet worden met zowel de psychische klachten van Oscar als zijn jonge leeftijd, aangezien beiden van invloed zijn op het consistent, consequent en coherent kunnen verklaren.

(1) Autobiografische geheugen: het deel van het menselijke geheugen wat ervoor zorgt dat we kunnen vertellen wat we hebben meegemaakt (specifieke en algemene herinneringen over je eigen leven).

(*) Namen zijn gefingeerd.