Het belang van relevante medische informatie
In een tussenuitspraak van de meervoudige kamer van rechtbank Middelburg (ECLI:NL:RBDHA:2020:8313), oordeelt de rechtbank dat de staatssecretaris niet heeft voldaan aan plichten die horen bij het omgaan met nieuwe medische informatie. De casus betreft een vreemdeling die stelt homoseksueel te zijn. Hij vreest om die reden voor vervolging van zijn familie en de autoriteiten in een Afrikaans land.
Deze zaak gaat niet over een iMMO-rapport, maar benadrukt wel het belang van het indienen van relevante medische informatie in de asielprocedure. De rechtbank stelt vast dat er sprake is van een situatie zoals beschreven in de Afdelingsuitspraak van 27 juni 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:2085), waarin de Raad van State zich onder meer heeft uitgesproken over hoe om te gaan met medische adviezen aan verweerder van de Forensisch Medische Maatschappij Utrecht (FMMU). In rechtsoverweging 10.2 van deze Afdelingsuitspraak heeft de Raad van State geoordeeld dat als een vreemdeling ná het uitbrengen van een FMMU-advies, maar vóór het afnemen van de gehoren medische informatie inbrengt die de FMMU niet bekend was ten tijde van het opstellen van dat advies, de zorgvuldigheid vereist dat verweerder onderzoekt wat deze informatie betekent voor het horen van de vreemdeling en zo nodig de FMMU daarover raadpleegt.
In casu heeft de FMMU op 4 september 2018 een medisch advies uitgebracht en de vreemdeling heeft daarna, maar vóór het afnemen van het eerste gehoor nieuwe medische informatie ingebracht. De rechtbank beantwoordt allereerst de vraag of de staatssecretaris voldoende zorgvuldig is omgegaan met de nieuw ingebrachte medische informatie.
De vreemdeling heeft het patiëntendossier ingebracht waaruit blijkt dat hij lijdt aan posttraumatische stressstoornis (PTSS) en last heeft van slaapproblemen, angstklachten, moeite om mensen te vertrouwen en om te vertellen over wat hem is overkomen. Tevens gebruikt hij onder meer slaapmedicatie en een antidepressivum. De FMMU heeft in het medisch advies van 4 september 2018, bij de vraag wat relevant is voor horen en beslissen, slechts opgemerkt dat de vreemdeling vermoeidheidsklachten heeft en dat hij stelt last te hebben van geheugenklachten, maar dat dit niet uit het medisch onderzoek is gebleken.
Stukken van de dokter
Het patiëntendossier geeft, volgens de rechtbank, een ander beeld van de vreemdeling weer dan het FMMU-advies. Het is niet duidelijk in hoeverre de staatssecretaris onderzoek heeft gedaan naar de gevolgen van de nieuwe medische informatie bij zowel het horen als het beslissen. In het nader gehoor staat een zin dat de gehoorambtenaar ‘stukken van de dokter’ heeft gezien. Op basis hiervan oordeelt de rechter dat niet kan worden vastgesteld of de staatssecretaris zich heeft vergewist van de inhoud van de nieuwe medische informatie. Ook is onbekend of de staatssecretaris onderzoek heeft gedaan naar wat de gevolgen van deze nieuwe medische informatie waren voor het horen en beslissen en of de staatssecretaris is nagegaan of het instellen van een aanvullend medisch advies bij de FMMU noodzakelijk was. Om deze redenen heeft de staatssecretaris niet kunnen vasthouden aan het FMMU-advies van 4 september en is er sprake van een gebrek. Als de staatssecretaris aangeeft het gebrek te willen herstellen, heeft ze daar vervolgens 6 weken de tijd voor.